3.3 Kennisdomeinen

Om de kennisbasis van de creatieve professional te versterken en actueel te houden is onderzoek noodzakelijk. De verschillende vormen van onderzoek moeten leiden tot de ontwikkeling van nieuwe en doorontwikkeling van bestaande kennis en KEM's. Het wetenschappelijke achterveld weerspiegelt het brede en veelzijdige karakter van de creatieve industrie. Ook de creatieve kennisdomeinen zijn te karakteriseren op basis van hun relatieve positie ten opzichte van andere kennisdomeinen. De karakterisering volgt een indeling in drie lagen of schillen, zie figuur 3.4.

De kern bestaat uit wetenschap en onderzoek in de creatieve industrie: kennisdomeinen die betrekking hebben op de ontwikkeling of creatie, en op de receptie en impact van creatieve producten. Hieronder vallen bijvoorbeeld de ontwerpende wetenschappen, mediastudies, marketing en meer op technologie georiënteerde wetenschapsdomeinen als mens-machine-interactie. Deze disciplines leveren kennis en de bijbehorende KEM's over de wijze waarop creatieve producten – in de meest ruime zin van het woord – worden bedacht, gecreëerd, gebruikt, ervaren en gelanceerd.

De buitenste schil wordt gevormd door traditionele alfa-, beta- en gammawetenschappen zoals economie, psychologie, geschiedenis, sociologie, innovatiewetenschappen, filosofie, materiaalwetenschappen, computer science, data science, etc. Deze veelal beschrijvende kennisgebieden behoren op zichzelf niet tot de creatieve industrie en zijn alleen indirect relevant voor de creatieve industrie. Ze worden echter direct relevant wanneer de inzichten worden toegepast op de rol en (het aansturen van) effecten van creatieve producten.

Als kennisdomeinen directe implicaties voor het ontwerpen belichten, komen ze in de middelste schil. Denk hierbij bijvoorbeeld aan sociaal-psychologische kennis over de beïnvloeding van gedrag waarin de rol van de (ontworpen) omgeving expliciet wordt belicht, of kennis uit de data science die wordt ingezet bij het ontwikkelen van nieuwe gepersonaliseerde diensten of tv-formats. De kennis uit de middelste schil dient zo als input voor de ontwikkeling van KEM's: ze leveren de kennis voor strategieën of methoden die creatieve professionals meer grip geven op de effecten van hun interventies.

De rol die onderzoekers aan hogescholen en universiteiten spelen is om inzichten die relevant zijn voor het ontwikkelen van interventies om te vormen naar methoden, en door het veelvuldig testen van deze methoden in de praktijk uiteindelijk tot generieke methodologieën (KEM's) te komen. Een methode is daarbij nooit af: voortschrijdend onderzoek en iedere nieuwe toepassing zorgt voor verdere verbetering of aanvulling. Dan ook wordt duidelijk onder welke omstandigheden en in welke context een KEM wel of niet werkt, welke competenties nodig zijn om op professioneel niveau met de KEM te werken, en waar aanvullende KEM's wenselijk zijn. Onderzoek naar en toepassing van KEM's gaan dan ook hand in hand.

Last updated